Begrippenlijst
hoveniers

A-B-C-D-E-F-G

Tuinen tussen de bebouwing van huizen aangelegd. 

Het beheerplan biedt aan de opdrachtgever overzicht van de benodigde werkzaamheden na de aanleg van de tuin, verspreid over een bepaalde periode.

Verwijst naar plattegronden waarop de ligging van bomen, struiken en andere planten ten behoeve van een tuin- of landschapsontwerp is aangegeven.

Tot stand brengen

Biodiversiteit of biologische diversiteit is een graad van verscheidenheid aan levensvormen binnen een gegeven ecosysteem, bioom, geografisch gebied of gehele plant.

Erosie is het proces van slijtage van een vast oppervlak waarbij materiaal wordt verplaatst of geheel verdwijnt. Bodemerosie is het afslijten van de grond door wind en regen.

Bodemverbetering bekom je door het toepassen van een bodemverbeteraar op je grond. Door bodemverbetering wordt het evenwicht tussen de lucht, het water en de vaste deeltjes in de bodem hersteld.

Fysische, chemische en biologissche processen die werkzaam zijn in het bovenste deel van de bodem en de oorzaak zijn van bodemvorming.

Het bodemleven bestaat uit bacteriën, schimmels, nematoden en nog veel meer organismen. Bodemleven is van grote invloed op de plantengroei. Uit organisch mest, gewasresten en groenbemesters moet het bodemleven voedingsstoffen vrijmaken die onmisbaar zijn voor de plant.

De boomgrootte is een maat voor de hoogte van de boom. Dit is de lengte van stamvoet (maaiveld) tot aan de top van de boom.

Bij park- en groenbeheer worden bomen in drie klassen onderverdeeld: 1ste, 2de en 3de grootte. Bij de bomen van de eerste grootte, hoger dan 12 m, zitten zowel bomen die 15 m hoog worden als bomen die 35 m hoog worden. Daarom worden ze hier uitgesplitst in bomen tussen 12 en 20 meter en bomen hoger dan 20 meter.

boomgrootte 1a: hoger dan 20 m
boomgrootte 1b: tussen de 12 en 20 m
boomgrootte 2: tussen de 6 en 12 m
boomgrootte 3: kleiner dan 6 m

De bodemstructuur of bodem-morfologie is de onderlinge rangschikking en samenhang van de vaste gronddeeltjes en is zeer belangrijk voor een goede plantengroei. De vaste gronddeeltjes bestaan uit mineralen (zand, klei en slit) en dode organische stof.

Bij een botanische tuin heeft de tuin een wetenschappelijk doel. Zo worden hier vaker planten of bomen tentoongesteld die van een zelfde soort familie afstammen, of die in bescherming worden genomen. Hierdoor zijn deze soort tuinen zeer bijzonder en bevatten ze vaker planten afkomstig van verschillende werelddelen. In de meeste gevallen hebben de botanische tuinen een thema.

Bottels zijn knoppen van een plant, meestal: rozenbottels

Een zuilengang  of colonnade is een rij zuilen die een overdekking draagt. Als bouwkundig element gaat de colonnade terug op de architectuur van het oude Griekenland.

Composteren is het op natuurlijke wijze afbreken van groente-, fruit- en tuinafval.

Doorwortelbare ruimte is de hoeveelheid bruikbare grond die een boom tot haar beschikking heeft.

Afvoer van overtollig grondwater door middel van in de grond gelegde buizen

Enten is een vorm van veredeling van planten. Bij het enten wordt een deel van de ene plant – de ent – vastgemaakt op een deel van de andere plant – de onderstam. Die twee delen vergroeien vervolgens met elkaar en worden als het ware samen één plant.

Tuintegel met onregelmatige vorm, meestal natuursteen; stapsteen.

Fotosynthese is een vorm van biosynthese, waarbij energie uit zonlicht wordt gebruikt om gasvormig koolstofdioxide om te zetten in de vaste stof glocuse. Bij deze chemische reactie komt zuurstofgas vrij.

Het kloven van natuursteen, ook wel kielen, keilen, hakken of breken genoemd, is het breken van een blok steen met behulp van wiggen of beitels.

De groenteteelt is het telen van groente voor menselijk consumptie zowel in de vollegrond als in de glastuinbouw. Een teler van groenten wordt een tuinder genoemd en zijn bedrijf een tuinderij.

H-I-J-K-L-M-N-O-P

Hakhoutbossen ontstaan door een traditionele gebruiksvorm van loofbossen. Daarbij werden de bomen alle 15 tot 25 jaar afgehakt („op stronk gezet“). De stam werd afgezet boven de wortels, die zo behouden bleven. Op deze manier konden de bomen weer regenereren uit de wortelstokken die in nog de bodem zaten.

Is Latijn en betekent letterlijk omsloten tuin. Het is een middeleeuws begrip, maar vindt zijn oorsprong in het Bijbelse Hooglied. 

Impregneren is het doordringen van een materiaal met een andere stof. Het is een algemene techniek om een materiaal waterafstotend, waterbestendig, schimmelwerend of meer van dergelijke gewenste eigenschappen te geven.

Kunstmatige systemen die land bewateren om plantgroei te bevorderen.

Een bodem die weerbaarder is tegen extreem weer (extreme droogte of regenval)

Een kuipplant is een plant die traditioneel in een oranjerie (een gebouw waar men ’s winters de kuipplanten bewaart) thuishoort. Zoals de naam suggereert wordt een dergelijke plant in een kuip gehouden, zodat de plant (al is het met moeite) verplaatst kan worden.

Een lichtplan geeft weer wat u met de implementatie van verlichting wil. De juiste lichtbundels op de juiste plaats is van betekenis in dit verhaal.

Bij de aanplant van een boom wordt vaak gebruik gemaakt van een water- en luchtslang. Voor dit doel is een slang met gaten ontwikkeld, vergelijkbaar met een drainageslang, alleen de perforaties zijn groter. Hierdoor is deze slang de oplossing wanneer men een simpel bewaterings-/beluchtingssysteem rond de kluit van een boom wil liggen.

Natuurvijver, een natuurlijke vijver. In een natuurvijver heeft de natuur het voor het zeggen. De beplanting is rijk en het water trekt veel dieren aan, zoals kikkers, salamanders en insecten. In een natuurvijver wordt geen pomp, filter, chemisch middel en – in ideale omstandigheden – ook geen folie gebruikt.

De plek waar de roos een paar centimeter boven de grond komt. Dit punt heet ook wel het oculatiepunt/plek

Een oranjerie of orangerie (van het Franse oranger: sinaasappelboom) is een gebouw waar men ’s winters de kuipplanten bewaart, die ’s zomers buiten kunnen staan.

Er is sprake van overbemesting als er door meststoffen meer mineralen aangevoerd worden dan door de planten kan worden opgenomen.

Q-R-S-T-U-V-W-X-Y-Z

In de plantkunde zijn ranken gespecialiseerde stengels (stengelranken), bladeren (bladranken) of bladstelen met een draadachtige vorm die door klimplanten worden gebruikt voor ondersteuning en hechting, waarbij ze zich winden om alles wat ze aanraken.

Sanatorium is een inrichting, waarin, met behulp van de werking van lucht, licht temperatuur enz., naar verbetering of genezing wordt gestreefd.

In de late winter, tegen het voorjaar aan, komt de sapstroom van de boom op gang. Dat is het transport van voeding en water naar alle delen van de boom – van de wortel naar de kruin.
De Japanse sierkwee is een plant uit de rozenfamilie. De vrucht van de Japanse sierkwee is een appel.

Solitaire bomen zijn bomen die heel mooi alleen kunnen staan. Daardoor hebben ze de ruimte zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. Dit betekent echter niet dat ze niet in een groep of rij geplant kunnen worden.

Split is een gebroken natuursteen die daardoor vaster ligt dan grind.
Split heet ook wel breuksteen en ontstaat door het splijten (breken) van grote brokken gesteente die gewonnen worden uit steengroeven in gebergten. Heet breken veroorzaakt de kenmerkende hoekige vormen, waardoor split minder beweegt als het eenmaal gelegd is. Daarom is split perfect voor opritten en paden.

Een stobbe, ook wel een boomstronk of boomstomp genoemd, is het onderste deel van een boom met de wortels, dat overblijft na afkappen, snoeien of kappen.

Soorten zijn ‘uitheems’ als zij door menselijk toedoen –bewust of onbewust– buiten hun natuurlijke verspreidingsgebied zijn geïntroduceerd. Uitheemse soorten worden ook wel ‘exoten’ genoemd.

Vaste planten en grassen kun je makkelijk vermeerderen door ze te delen. Dit doe je door één grote pol in meerdere losse pollen te verdelen. Deze losse pollen plant je opnieuw in de grond of in een pot waardoor er een nieuwe volwaardige plant ontstaat.

Alle levende wezens eten, maar worden ook opgegeten. Ze hebben elkaar nodig om te overleven. Planten, dieren, schimmels en mineralen vormen samen een voedselkringloop.

Een voeg vormt de overgang tussen twee gelijke of verschillende materialen. De naad tussen de twee materialen wordt de voeg genoemd en bestaat meestal uit een andere materiaal dan de materialen die door middel van de voeg aan elkaar verbonden worden.

Natuurlijke of door de mens gegraven, lijnvormige laagte waarlangs water wordt getransporteerd. Rivieren en beken zijn natuurlijke waterlopen, waarin echter veelal veranderingen zijn aangebracht door de mens. Kanalen, sloten en greppels zijn door de mens gegraven waterlopen.

Het opnemen, transporteren, verwerken en afgeven van water door de bodem en het transport ervan in de bodem.

Winterharde planten zijn planten die de winter (en daarbij vrieskou) overleven en in de lente of zomer opnieuw bloeien. Het kan gaan om vaste planten maar ook bomen en heesters. Wintergroene planten behouden hun bladeren of groene kleur tijdens de winter.

Chaos, doolhof, in alle richtingen

Deze deelnemers hebben zich al aangesloten bij het nog steeds groeiende Gilde

Antwan Tuin Totaal

Rhoon, Naaldwijk

BK Tuinen

Apeldoorn, Deventer

De Siertuin

Middenmeer

Farwick Groenspecialisten

Enschede

Geerlings Tuinen

Noordwijkerhout

Hendriks Hoveniers

Didam

John Koomen Tuinen

Wognum

Jor Garden Hoveniers B.V.

Naaldwijk

Meker Tuinen

Nijkerkerveen

Outlook Groenprojecten

Grafhorst

Roald Tuindesign

Moerkapelle

Van der Tol

Amsterdam, Berkel & Rodenrijs, Odijk

Van Duren Groenservice

Panningen

Van Haneghem Tuin en Landschap

Heiloo

Vier Seizoenen Buiten

Echt

Weverling Groenproviders

Monster